Via Sancti Spiritus naar Cayo las Brujas

En weer hebben we geen wekker nodig om op tijd op te staan. Het weer is opgeknapt zodat we buiten, onder de limoenbomen, op ons eigen terrasje genieten van weer een heerlijk ontbijt.
Ik ben het vergeten te vragen, maar wat nuttigt de 'gewone' Cubaan als ontbijt?

Casa Colonial ontbijt

Net voordat we vertrekken (lees: 9.00 uur) vraagt Jorge welke route we willen nemen: over Santa Clara of Sancti Spiritus. In mijn ogen een niet zo'n handige vraag want in Santa Clara willen we de één na laatste nacht doorbrengen. Een overnachting in Sancti Spiritus hebben we op zijn aanraden geskipt en het bezoek aan de stad hebben we uitgesteld omdat Janet ziek was. Het is dus geen keuze, de – ietsje langere – route gaat over Sancti Spiritus!

Sierra del Escambray

Lange tijd zien we aan de linkerkant de bergen van de Sierra del Escambray liggen. In de wolken. En we vragen ons af of we ook nu weer in de regen terecht komen. Dit blijkt niet zo te zijn en rond kwart over 10 rijden we Sancti Spiritus binnen. Meteen herinner ik me de woorden van Dorothé: 'Als je de kans krijgt, probeer in Sancti Spiritus te overnachten. Hier proef je de Cubaanse sfeer zonder de grote massa aan toeristen.' En ik vind het direct jammer dat we de afgelopen nacht in Trinidad zijn gebleven …

Jorge rijdt door tot aan het centrum en wijst ons diverse mooie gebouwen en kerken aan. Ik verheug me er al op om, gewapend met camera, op stap te gaan. Totdat ik in de gaten krijg dat hij een rondje rijdt en zijn auto weer richting de doorgaande weg stuurt. Zonder te stoppen. Zonder ons door de stad te laten wandelen. Zonder ons de sfeer van Sancti Spiritus te laten ademen. En ik ben verbijsterd. Hoe kan dit?

Wanneer we vragen of hij in het centrum wil stoppen, draait hij met een zucht om en krijgen we 30 minuten …

Het is onnodig te vertellen wat dit met mijn humeur doet. Toch?

Sancti Spiritus

Sancti Spiritus is de hoofdstad van de gelijknamige provincie en werd, net als Trinidad, in 1514 door Diego Velázquez gesticht. Op 1 april van datzelfde jaar liet hij aan de koning van Spanje liet weten dat de steden aan zijn koninkrijk waren toegevoegd. In eerste instantie was Sancti Spiritus gebouwd aan de Tuinucú-rivier, maar verhuisde acht jaar later naar zijn huidige locatie aan de Yayabo-rivier.

Puente Yayabo

De bekende brug over de rivier Yayabo is een nationaal monument en werd tussen 1817 en 1825 door de Spanjaarden gebouwd. De brug staat bekend als Cuba’s enige overgebleven stenen boogbrug uit de koloniale tijd. Waarschijnlijk zijn we hier overheen gereden want het is de enige toegang tot het centrum van de stad vanuit Trinidad. We hebben de brug niet gezien …

Iglesia Parroquial Mayor del Espríritu Santo

Aan het Parque Central staat één van de oudste kerken van Cuba: Iglesia Parroquial Mayor del Espíritu Santo. De kerk is in 1522 gebouwd van hout en in 1680 herbouwd in steen nadat de kerk door piraten was verwoest. Hierbij zijn de oorspronkelijke fundamenten bewaard gebleven. De herbouw was gefinancierd door Don Ignacio de Valdivia, de burgemeester. In de 18de eeusw is de 30 meter hoge klokkentoren met drie verdiepingen gebouwd. Daarna heeft de 19e eeuwse Cristo de la Humildad y la Paciencia-kapel een mooie rode halfkoepel gekregen.

Sancti Spiritus: Iglesia Mayor

Parque Serafín Sánchez

Parque Serafín Sánchez is het centrum van Sancti Spiritus en vernoemd naar de gelijknamige, lokale held uit de onafhankelijkheidsoorlogen (1846- 1896). Om het plein staan prachtige neoklassieke gebouwen en 's avonds is dit dé ontmoetingsplaats voor de lokale bevolking.

Sancti Spiritus: parque Seeaffín Sánchez

Dwalen door Sancti Spiritus

Maar goed, we worden dus een half uur losgelaten in een stad die om veel meer tijd vraagt. Jorge loopt een klein stukje met ons mee maar vertrouwt de plaats waar hij de taxi heeft geparkeerd niet helemaal. Zelfs niet nadat hij een andere Cubaan heeft gevraagd om – voor een paar CUC – zijn auto in de gaten te houden. Hij gaat terug.

Via het Parque Serafín Sánchez zakken we af naar de gerenoveerde winkelstraat, Calle Independencia, en we zijn stomverbaasd. Een straat als dit zijn we nog nergens tegengekomen: super modern, schoon, veel winkels en er wordt geadverteerd met wifi-zones. Dit is opeens een heel ander Cuba, een heel andere sfeer maar o zo leuk. Had ik al iets gezegd over jammer?

Sancti Spiritus: Calle Independencia

In een zijstraatje vinden we de lokale, overdekte markt: de Mercado Agropecuario. En ook hier kijken we onze ogen uit en worden bijna onpasselijk want het stinkt hier behoorlijk. De geur van vlees, heel veel rauw vlees. Vlees wat in 30 graden Celsius onbedekt en niet gekoeld ligt te wachten om van eigenaar te wisselen. En een klein stemmetje in mijn achterhoofd piept: 'dit eet je hier zelf ook elke dag …'.

Sancti Spiritus: Mercado Agropecuario

Verder is er uiteraard veel groente en fruit te koop. En rijst. En bonen. Want dat is toch het dagelijkse voedsel wat hier genoten wordt. Door de Cubaan en de toerist.

Sancti Spiritus: Mercado Agropecuario

En echt, ik zou hier uren rond kunnen dwalen …

Meer foto's van ons korte verblijf in Sancti Spiritus vind je hier.

Op weg naar Cayo las Brujas

Het is exact 11.20 uur wanneer Jorge zijn auto weer start en we op weg gaan naar onze volgende accommodatie: Villa las Brujas. En ik ben voorlopig niet in mijn hum … een statement … ;-)
Onderweg mompelen we nog dat we in Caibarién willen lunchen maar Jorge rijdt daar voorbij. Het is - volgens hem - te vroeg voor de lunch.

Caibarién ligt aan het begin van de 48 km lange dam, de Pedraplén, die met zijn 45 bruggen de eilandjes van de Sabana Camaguey archipel verbindt met het vaste land. Bij de toegang tot de dam staat een 24 uurs controlepost waar wij onze paspoorten moeten tonen. De tol bedraagt 2 CUC per auto.

Pedraplén naar Cayo las brujas

Het is een vreemde gewaarwording: een tweebaans weg, daarnaast een rand met rotsen en wat groen en dan links en rechts water. Bijna zo ver als je kunt kijken. Af en toe afgewisseld met kleine eilandjes en mangroven. En helder licht blauw / blauw groen water. Er is nauwelijks verkeer op de weg en de 80 km geldt dan ook voor niemand.

Cayo las Brujas: Pedraplén

Het schijnt hier, deze omgeving met de eilanden en mangroven, ook een paradijs voor vogels te zijn …
Je voelt 'm al aankomen? Juist. We hebben niet tot nauwelijks vogels gezien!

Villa las Brujas

Na 36 kilometer over de dam te hebben gereden, komen we bij 'ons' eiland: Cayo las Brujas. Dit is het kleinste bewoonde eiland van deze eilandengroep. Hier ligt een klein vliegveld wat enkele malen per week verbinding met Havanna en Cayo Coco heeft. Iets verderop ligt ons hotel en daarnaast ligt de jachthaven van waaruit je kunt vertrekken om te duiken of een excursie met een catamaran te maken.

Om 13.00 uur staan we bij de receptie en de beste man vertelt ons dat we pas om 16.00 uur in kunnen checken. Hij stelt voor dat we gaan lunchen en daarna alvast wat relaxen op het strand. Onze bagage mag bij de receptie blijven staan. Jorge heeft ondertussen een vriend van hem gespot, eigenaar (of zo) van het dolfinarium wat op Cayo Santa Maria ligt. Iets verderop dus.

Villa las Brujas is een kleinschalig hotel waarbij de kamers afzonderlijke huisjes op palen zijn die tussen de mangroven staan. De helft heeft zeezicht en de andere helft duidelijk niet. En we weten op dat moment nog niet wat we geboekt hebben ;-)

De receptie is een vrijstaand gebouw en ook de enige plaats waar – betaald – wifi beschikbaar is. Het restaurant ligt bij de toegang naar het strand. En hier gaan we lunchen.

Villa las Brujas: restaurant

Wanneer we plaatsnemen in het restaurant, hebben we uitzicht op een wit zandstrand, azuurblauw water en palmbomen. Dit was wat we in gedachten hadden toen we onze kamer geboekt hebben. En als de ober komt vragen of we al iets willen bestellen weet ik het meteen. En nee, dit gaat niet over voedsel. Hij gaat op de foto als 'gezicht' van Villa las Brujas. Tenminste, als hij dat wil maar ik ben wel heel erg gecharmeerd ...

Tijdens de lunch wordt ons veel duidelijk. Jorge deelt ons mee dat hij deze dagen, wanneer wij in Villa las Brujas zijn, terugkeert naar Havanna. En dat is nu nog 400 km rijden. Iets met dubbele banen en geld verdienen, dat snap ik maar het voelt als een dubbele agenda. Denk aan gisteravond, toen hij ons direct na het eten terug naar de casa wilde brengen omdat we een lange dag voor de boeg hadden. Denk aan vanochtend toen hij eigenlijk niet in Sancti Spiritus wilde stoppen. Even probeert de irritatie de overhand te krijgen, maar het besef '3 dagen géén Jorge!' komt heel snel en dat gevoel blijft.

Marina Gaviota Las Brujas

Na de lunch wordt het tijd om afscheid te nemen van Jorge en we spreken af dat hij ons 23 november om stipt 12.00 uur weer oppikt. En stiekem zijn we benieuwd hoe laat hij er dan ook daadwerkelijk is ...

Enkele weken voordat we naar Cuba zouden gaan, heeft Janet contact opgenomen met het duikcentrum. En dat bevindt zich op 5 minuten lopen van Villa las Brujas. Zeggen ze. Later blijkt dat dit het enige duikcentrum van de hele eilandengroep is, onze locatie kon niet beter zijn. Ook de mailwisseling gaf alle vertrouwen: “you will be safe and in good hands”.

Vanuit het restaurant gaan we naar de lager gelegen parkeerplaats, wandelen naar de jachthaven en vinden we gemakkelijk het duikcentrum. Een plekje voor de volgende dag was zo geregeld en Janet zou 's ochtends met een groep van in totaal 6 duikers op pad gaan. En ze had er zin in. Al was het alleen maar om te vergelijken of er veel verschil is in het leven onder water in de Caraïbische zee en de Atlantische Oceaan.

Marina las Brujas

Playa (las Brujas)!

Wanneer de duiktocht geregeld is, zoeken we onze zwemkleding op en gebruiken het toilet van het restaurant als kleedruimte want … het is tijd voor strand! De zon laat ondertussen verstek gaan en de temperatuur is niet meer zo hoog als in de eerste week in Cuba. Maar dat mag de (strand)pret niet drukken. Toch?

Vanaf het restaurant hebben we al een blik geworpen op de smalle strook wit zand, maar wanneer we ook echt onze pootjes er in zetten zijn het minuscuul kleine, ronde, zachte korreltjes. Een verademing bij wat we bij Playa Ancón hebben gevoeld. Het valt ons wel op de de schelpen langs de waterrand net zo minuscuul zijn als de zandkorrels. Maar wij zijn blij met onze keuze en daar gaat het om.

Onze eerste indruk van de omgeving waar wij de komende dagen zullen relaxen, vind je hier.

Villa las Brujas

Waarschijnlijk is er voor elke gast van het hotel een strandstoel beschikbaar en – als je ver genoeg loopt – heb je ook een eigen parasol van palmboombladeren. Op het strand staat op korte afstand van het restaurant een bar maar deze is gesloten. Een gemiste kans denken wij ;-)

We zoeken een strandstoel uit, plaatsen hem in het zo goed als verdwenen zonnetje en doen een poging tot gecontroleerd spartelen in het warme, heldere water dat gevoelsmatig toch minder warm lijkt te zijn dan we gedacht hadden. Maar dat kan ook door de ontbrekende zon en een aanlandig windje komen en we komen tot de conclusie dat we het hier wel een paar dagen uit kunnen houden.

Check in

Ruim na vieren begeven we ons weer richting de receptie. Er moet namelijk nog steeds ingecheckt worden en we mogen plaatsnemen op de stoelen voor het bureau van [noem een naam en ik zeg ja]. Sorry! Maar dat neemt niet weg dat de man uiterst vriendelijk en behulpzaam is.

Op onze reserveringen hebben we nog steeds niet kunnen ontdekken of we toeslag hebben betaald dus de vraag blijft: hebben we zeezicht of niet?

Zeezicht

Nadat we ons kamer huisnummer in ontvangst hebben genomen, checken we direct de plattegrond van het hotel. En we hebben …. zeezicht!

Villa las Brujas

Ik kan me overigens niet meer herinneren of we hier een keuze in hebben gehad maar dat maakt niet uit. Ook de discussie 'wat … als … dan' vervalt hiermee per direct. Gewoon zeezicht :)

En ook het huisje is een verrassing. We hebben een groot zitgedeelte, twee bureaus, twee grote bedden, een kledingkast met kluisje en een badkamer met bad. Het is gedateerd, vergane glorie, maar verder in goede staat. Wat wil dan je nog meer? We wachten met smart de avond én de muggen af ...

Villa las Brujas

Op Zoover en andere websites hadden we al recensies gelezen over smerig en zo. Ook was er al eens een schorpioen aangetroffen. Dat soort dingen. En dat maakte ons wel heel alert waarbij we beiden een schorpioen als 'bad luck' bestempelden. Het lukt je écht niet om alle ongedierte buiten te houden. Ook in Nederland niet. En na – thuis – enig zoeken, de Cubaanse schorpioen is één van de minst giftigste. So, who cares?

Wil je meer zien van Villa las Brujas, kijk dan hier.

Sunset

Onze lunch was niet echt vroeg en we besluiten nog een strandwandeling te maken voordat we bij het diner aanschuiven. Een strak plan want het is heerlijk langs het strand. We vinden het jammer om terug te gaan maar aan de andere kant weten we ook dat de duisternis heel snel invalt.

Villa las Brujas

Weet je wat zo jammer is?
Je ziet een prachtige zonsondergang en het lukt je niet om dit op de digitale plaat vast te leggen.

Diner @ Villa las Brujas

Wanneer we bij de eetzaal van Villa las Brujas aankomen, zien we dat de ruimte al goed gevuld is met gasten. We proberen een plaats te zzoeken waar we de minste last hebben van de airco, maar dat is nog niet heel gemakkelijk. We moeten gewoon eerder aanschuiven … denk ik.

Als een knipmes, zo worden we bediend. Het is alleen de verkeerde kaart die we voorgeschoteld krijgen. De gewone gast heeft namelijk meer keuze dan een hotelgast met een vooraf geboekt diner. Na het nodige 'sorry' mogen wij ook van de – voor ons – juiste kaart kiezen en op papier zag het er echt lekker uit. Dat de praktijk een ietwat minder is, nemen we maar voor lief want ik blijf gecharmeerd van 'mijn' lieve ober. En – een piepklein puntje tussendoor – het licht in de eetzaal is niet zo dat ik een smakelijke foto van het eten van kan maken ;-)

Het is erg donker wanneer we terug gaan naar ons huisje en de meeste lampen op ons pad doen wat ze horen te doen. Licht verspreiden. En, net als de huisjes, is het pad van planken gebouwd op palen en ligt het toch bijna een meter boven de grond. Denk ik. En dat is maar goed ook.
Onderweg horen we zoveel geritsel onder en naast ons in de struiken dat we er bijna bang van worden. Bijna dan hè! Wanneer we met de lamp van onze telefoon proberen te ontdekken wat we horen, zien we alleen grond, stenen, planten en wat bladeren. Die bladeren verklaren het geritsel, maar dat wordt door iets anders veroorzaakt. Wat of wie blijft onduidelijk maar het intrigeert wel.